Charlier

Biografie

Jean-Michel Charlier wordt op 30 oktober 1924 geboren in Luik en overlijdt op 10 juli 1989 in Saint-Cloud in les Hauts-de-Seine. Hij laat een omvangrijk oeuvre na dat nog steeds springlevend is.

Tijdens zijn rechtenstudie na de Bevrijding verdient hij een zakcentje bij met het maken van illustraties en teksten voor Georges Troisfontaines, directeur van de jonge World Press, die allerlei materiaal levert aan het blad SPIROU. Met Troisfontaines en Victor Hubinon creëert Charlier zijn eerste grote serie, "Buck Danny", in 1947, waarin hij een aantal jaren de schepen en vliegtuigen zal tekenen, alvorens zich op advies van Jijé uitsluitend aan het scenario te wijden.

Hij blijkt een buitengewoon knap, realistisch verteller en rijgt de successen aaneen in ROBBEDOES met Hubinon ("Surcouf", "Mermoz"), Eddy Paape (de start van "Oom Wim" en enkele afleveringen van "Jan Kordaat", en vervolgens "Flip Flink"), Mi Tacq ("De Beverpatroelje"), Gérald Forton ("Kim Devil"), Carlos Laffond ("Le Chevalier Thierry"), Herbert ("Simba Lee"), Aldoma Puig ("Brice Bolt").

Daarnaast schrijft hij tal van scenario's voor de tekenaars die voor World- en International Press werken om de supplementen van de Belgische dagbladen te vullen. Zijn illustratoren voor deze gigantische productie zijn onder meer: Hubinon ("Tiger Joe"), Albert Uderzo ("Belloy"), Dino Attanasio ("Fanfan et Polo"), Martial ("Alain et Christine"), etc.

In 1956 verlaten de drie steunpilaren van de World Charlier, Goscinny en Uderzo het Belgische agentschap en gaan hun eigen Franse avonturen beleven, eerst met het blad PISTOLIN van de Pupier-chocolade, daarna met het oprichten van PILOTE. De begaafde scenarioschrijver eist het leeuwendeel op van zijn favoriete "stiel", de grote realistische series: "Tanguy en Laverdure"(met Uderzo, daarna Jijé), "Roodbaard'voor Hubinon, daarna Jijé), "Joris Jasper" (Mi Tacq), "Guy Lebleu" (Raymond Poïvet), "Blueberry" (Gir), "Jim Cutlass" (Gir, daarna Rossi).

Onder de titel "Les Chevaliers du Ciel" worden Tanguy en Laverdure in 1967 de hoofdpersonen van een tv-serie en Charlier gebruikt deze nieuwe vertelmethode om de onbekende geschiedenis van de mensen te onderzoeken ("Les Dossiers Noirs" op France 3 vanaf 1979, "Les Grandes Enquêtes" op TF1, "La Guerre secrète du pétrole"), terwijl hij ondertussen scenario's voor tv-feuilletons blijft schrijven ("Les Diamants du Président", "Nouveaux chevaliers du ciel").

In de jaren 80 zien we hoe hij zijn personages en laatste stripverhalen "samenbrengt bij de jonge Uitgeverij Novedi met "Buck Danny" (getekend door Francis Bergèse na het overlijden van Victor Hubinon), "Roodbaard" (overgenomen door Jijé, daarna Christian Gaty en Patrice Pellerin), "Tanguy en Laverdure" (overgenomen door Jijé, daarna door Patrice Serres en Coutelis), "Blueberry" (Gir), "De Jeugd van Blueberry" (Colin Wilson), "Los Gringos" (Victor de la Fuente). Deze reeksen worden vervolgens door Uitgeverij Dupuis overgenomen.

De meeste personages van deze buitengewoon productieve scenarioschrijver leven nu door anderen voort. Jean-Michel Charlier had ook nooit gedacht dat de "voorstelling" ooit zou ophouden. Bij leven heeft hij overigens nog zijn best gedaan het effect van de dood van sommigen van zijn tekenaars te verzachten door de best mogelijke opvolgers uit te zoeken om het voortbestaan van de door zijn verbeelding geschapen figuren te verzekeren.