Biografie
Jean-Paul van den Broeck (15 maart 1943, Leuven) beleeft een "Vlaamse" carrière tot hij in 1994 "Sammy" overneemt.
Als velen van zijn toekomstige collega's volgt hij een avondopleiding reclame en toegepaste grafiek aan Sint-Lukas in Brussel. Zijn eerste publicatie (in 1962, in het maandblad SAMEDI-JEUNESSE en OHEE) is "Calypso is haantje de voorste", een kort compleet verhaal over een piraatje.
Daarna treedt hij als leerling in dienst bij het agentschap Real-Presse, waar hij diverse buitenlandse reeksen en fotoromans lettert en monteert. Daarnaast maakt hij illustraties en maakt hij de lay-out voor confessionele bladen voor de jeugd (o.a. DOORBRAAK, HIP) en cartoons voor elkaar bestrijdende Vlaamse politieke partijen, onder verschillende pseudoniemen.
Na verschillende korte complete verhalen op scenario van Jacques Acar voor de weekbladen KUIFJE (1964) en PILOTE (1965), wordt hij assistent van Hurey (Hugo de Reymaeker) en helpt hem met de decors van enkele historische verhalen in KUIFJE. I.F.S (een syndicationbureau) bestelt vanaf 1966 strips over het Michelinmannetje bij hem voor diverse reclameblaadjes, voornamelijk voor Zuid-Afrika.
Zijn echte debuut als compleet auteur maakt hij in die tijd met "Bertje Kluizenaar", in het weekblad LIBELLE/ROSITA en "Le Mystère de Mornetour" voor het dagblad SUD-OUEST.
In 1967 lijken alle deuren voor hem open te gaan. Hij neemt gagfiguren van Marc Sleen over in PATS: "De Lustige Kapoentjes" en "Piet Fluwijn & Bolleke". Voor het agentschap I.F.S. creëert hij de dagstrip "Bi-Bip", over vrolijke buitenaardsen, die zo ongeveer overal in Europa gepubliceerd werden. En abdij Averbode begint hem geregeld te vragen om getekende reeksen voor haar Vlaamstalige publicaties: "Jip"(1967), "Pickelby" (1969), "Willie Wervelwind" (1969), "Dick & Doortje" (1979) en vooral de reeks "Annie en Peter", waarvan vanaf 1981 een fors aantal albums zal verschijnen bij de Antwerpse Standaarduitgeverij (zes delen "Annie en Peter" worden in Frankrijk door Fleurus uitgebracht).
In 1969 begint hij in PATS met "Oskar, de ontdekkingsreiziger", maar de gags rond deze held zijn geen lang leven beschoren. Het jaar erop begint hij samen met Daniel Janssens gags (en daarna vervolgverhalen) te maken over "Kramikske van de Bakker" in DE VOLKSMACHT. Van deze jonge bakkersleerling worden ook heel wat albums gedrukt op de persen van dagblad HET VOLK, dat de publicatie van deze in Vlaanderen en in kringen van het maalderijwezen heel populaire avonturen zal voortzetten. Kramikske wordt in Vlaanderen het symbool van de warme bakker.
Zijn "Lutti-Kids" brengen wat vrolijkheid in ZIE-MAGAZINE in 1979, maar hij wordt zo overstelpt met werk dat hij zich genoodzaakt ziet zich tot begin jaren '90 voornamelijk te beperken tot "Kramikske" en "Annie en Peter".
Daarna illustreert hij een reclamestrip voor kinderkleding met "Nikkel" in de hoofdrol en slaat vervolgens zijn grote slag door in te gaan op het aanbod om twee van de beroemdste figuren van de Vlaamse televisie op papier te tekenen. Hij maakt van de hond Samson, mascotte van een animator van populaire humoristische shows bij de BRT (inmiddels VRT) een stripheld. Voor deze serie maakt hij vanaf 1993 vier albums per jaar die steeds meer succes oogsten in Vlaanderen en Nederland.
Met Berck, die bij hem in de buurt woont, is hij een van de beste vertegenwoordigers van de Leuvense Vlaamse school, die met zijn ronde lijnvoering, bruisende actie en innemende humor vooral op een jong publiek gericht is. Vreemd genoeg hebben ze nooit samengewerkt, hoewel hun stijlen vele raakvlakken hebben, wat nog onderstreept wordt door het feit dat nogal wat leerlingen van Jean-Pol de afgelopen twintig jaar als assistenten werden aangenomen door Berck voor zijn diverse reeksen.
Het lag dan ook in de orde der dingen dat Jean-Pol er in 1994 mee instemde Berck na diens pensionering op te volgen met "Sammy". Niemand kon beter dan hij de personages die Cauvin bedacht om het Amerika van de jaren '20 te doen herleven, overnemen...
In 1981 krijgt Jean-Pol de Bronzen Adhemar, een van de belangrijkste stripprijzen in het Nederlandse taalgebied.
